De bijeenkomst vond plaats nabij het Trefossa-borstbeeld aan de oostzijde van het presidentieel paleis. Johan Roozer, voorzitter van de Henri Frans de Ziel-stichting heeft bij deze gelegenheid de bijdrage benadrukt die de dichter heeft geleverd aan het verheffen van het ‘Sranan’. Roozer sprak van “een eerbetoon aan een Surinamer die meer dan alleen zijn sporen heeft achtergelaten.” De stichtingsvoorzitter sprak tegen de achtergrond van de eenheid in verscheidenheid waarmee Trefossa de samenleving verbonden heeft, tevens zijn dank uit aan het adres van president Santokhi, vicepresident Brunswijk en parlementsvoorzitter Bee voor hun dienstbaarheid en leiderschap aan Suriname.
Parlementsvoorzitter Bee benadrukte dat Suriname Trefossa die waardering die hij verdient nog steeds schuldig is. De dichter heeft zijn grote bijdrage geleverd aan het voortbestaan van het Sranan als deel van de Surinaamse cultuur. “Uit zijn werken blijkt dat hij een van de grote pilaren is, dat we leven in eenheid met behoud van cultuur.”
“Trefossa heeft ons een van de nationale symbolen gegeven”, merkte vicepresident Brunswijk op. Hij zei dat het 61 jaar geleden geschreven eerste couplet van het volkslied vol inspiratie zit met een indringende, maar ook dankbare opdracht aan alle Surinamers. De vicepresident ziet het als zijn plicht om Surinamers te inspireren om de inhoud van het volkslied steeds in gedachten te hebben en zoals Trefossa het aangeeft, ook ernaar te leven.